Online pesten & roddelen: 5 tips!
Wat er online gebeurt, kan van grote invloed zijn op de sociale veiligheid van leerlingen en studenten en op de dynamiek in de klas. Is deze ‘onzichtbare wereld’ nog te beïnvloeden door docenten? Jazeker. We geven vijf tips.
Gedrag van ‘buiten’ komt mee naar binnen
Schoolpleinen zijn de afgelopen jaren fors uitgebreid met talloze platforms zoals Instagram, TikTok en WhatsApp. Wat er bij de koppelduikstang gebeurt én wat er op het ‘online schoolplein’ gebeurt, nemen leerlingen en studenten ‘offline’ de klas in. Een grappig filmpje kan je leerlingen blij maken. Maar een nare opmerking op Instagram of een gemene roddel in een groeps-chat kan de sfeer in de klas flink negatief beïnvloeden. Soms met een emotioneel beschadigde leerling tot gevolg.
Scholen en ouders kunnen leerlingen en studenten helpen met het aanleren van sociaal en veilig gedrag op de sociale media. Scholen voelen zich daar soms onmachtig in, maar dat is niet terecht. Het klopt wel dat er een lijst met uitdagingen is op dit thema.
De uitdagingen
Bepaalde mechanismen op de sociale mediaplatforms zorgen ervoor dat mensen zich hier eerder onaardig gaan gedragen, dat de schade van dit gedrag groot kan zijn, en dat gedane zaken moeilijk terug te draaien zijn. Bovendien staan de sociale media nooit stil; er is bijna nergens aan te ontkomen.
Een reden dat mensen elkaar online zo gemakkelijk kwetsen, is dat je niet rechtstreeks en fysiek in contact staat met elkaar. Je ziet niet in iemands ogen wat het effect is van de woorden die je tikt. Daardoor zit er geen natuurlijke sociale rem op online gedrag. Veel zenders van negatieve teksten hebben eigenlijk niet echt het gevoel dat ze hun opmerkingen naar een daadwerkelijk mens sturen. De gevolgen van deze opmerkingen zijn helaas wel levensecht.
De onbeheersbaarheid van de sociale media maken de impact van negatieve berichten vaak nog groter. Iets dat eenmaal is gepost, kan meestal niet meer volledig verdwijnen. Als het bijvoorbeeld gaat over hardnekkige online roddels of shaming, kan dat een enorme invloed blijven hebben op degene die hierin genoemd wordt. Maar omdat er weinig heldere online omgangsvormen zijn, is het voor scholen en ouders niet eenvoudig om te handhaven op online grensoverschrijdend gedrag.
Wat de school er toch mee kan
Omdat deze mechanismen zo moeilijk te beheersen zijn, is er dus een stevige sociale media-opvoeding nodig. Ouders en leraren zijn gezamenlijk aan zet om het online gedrag van de jongste generatie positief te beïnvloeden. Jonge mensen moeten doorlopend leren hoe ze verantwoord en respectvol met elkaar en met de sociale media kunnen omgaan. Door oog te hebben voor hun sociale veiligheid online, werk je ook aan het voorkomen van online grensoverschrijdend gedrag.
- Tip 1: Samen gedragsregels maken Ontwikkel samen met leerlingen, personeel en ouders duidelijk schoolbeleid voor online gedrag. Stel expliciete gedragsregels op voor respectvolle communicatie en omgang met cyberpesten. Betrek leerlingen actief bij het opstellen van deze regels, zodat ze aansluiten op hun belevingswereld. Integreer de regels in het sociaal veiligheids- en anti-pestbeleid.
- Tip 2: Positief online gedrag bevorderen Creëer een online cultuur van respect en positieve interactie. Het personeel heeft een voorbeeldfunctie in het tonen van gewenst gedrag, zowel offline als online. Daarnaast is het belangrijk dat docenten schadelijk online gedrag herkennen en bespreken.
- Tip 3: Leerlingen online begeleiden Leer leerlingen over mediawijsheid, privacy, online veiligheid en verantwoord online gedrag. Praat ook met leerlingen over wat respectvol online gedrag is en toon oprechte interesse in hun online ervaringen. Zorg op school voor een veilige plek waar leerlingen, die slachtoffer zijn van online pesten, zich gesteund voelen. Leerlingen moeten actief en terugkerend gewezen worden op de plekken waar ze terechtkunnen voor hulp, als ze die ooit nodig zouden hebben. Denk hierbij aan interne structuren zoals de anti-pest coördinator of de vertrouwenspersoon.
- Tip 4: Begrenzen van en herstellen na online pesten Bij incidenten waar online pesten een rol speelt, is het van belang dat je als school een grens trekt en daarmee de norm stelt dat de grenzen van toelaatbaar gedrag zijn overschreden. Ook – of juist – als zich een incident voordoet waarbij de aanstichters onbekend zijn, is het van belang om die grens te trekken. Wees hierin consequent. Zorg voor een duidelijk meldpunt en richtlijnen voor leerlingen, ouders en personeel om online schadelijk gedrag te melden. Werk bij ernstige gevallen samen met externe partners zoals de politie. Gebruik herstelgerichte maatregelen die de veiligheid op school herstellen.
- Tip 5: Ouders actief betrekken Bespreek met ouders hoe ze hun kinderen kunnen ondersteunen en welke afspraken jullie maken over het gebruik van sociale media. Organiseer ouderavonden of workshops over online gedrag en verantwoord internetgebruik.
Adviespunt voor scholen
Wil je als school meer werk maken van online veiligheid? Lees dan verder op de website van Stichting School & Veiligheid of bel naar het gratis Adviespunt.
Auteur
-
Stichting School & Veiligheid wil dat leerlingen en studenten een fijne schooltijd hebben. Dat ze naar een school gaan waar ze zich gezien en gehoord voelen, waar ze fouten mogen maken en waar duidelijk geregeld is wat de schoolleiding doet als er tóch een vervelende situatie ontstaat. Wij ondersteunen scholen in het po, vo, go en mbo daarbij. Dit doen wij door het geven van actuele informatie, deskundig advies en oefenmaterialen via onder meer de website, conferenties en het Adviespunt.
Bekijk Berichten
Dit is een bijdrage van:
Stichting School & Veiligheid
Stichting School & Veiligheid wil dat leerlingen en studenten een fijne schooltijd hebben. Dat ze naar een school gaan waar ze zich gezien en gehoord voelen, waar ze fouten mogen maken en waar duidelijk geregeld is wat de schoolleiding doet als er tóch een vervelende situatie ontstaat. Wij ondersteunen scholen in het po, vo, go en mbo daarbij. Dit doen wij door het geven van actuele informatie, deskundig advies en oefenmaterialen via onder meer de website, conferenties en het Adviespunt.